Blijvend gebit vervangt melkgebit
De meeste kinderen wisselen hun tanden vanaf hun 6e jaar. De wisselperiode is een heel belangrijke fase in de ontwikkeling van het blijvend gebit. Het doorbreken van de tanden en kiezen van het blijvend gebit gaat volgens een bepaald patroon (zie tekening). De blijvende tand of kies lost als het ware de wortels van de melktand of -kies op. Hierdoor raakt de melktand of -kies los en valt uit. De blijvende tand of kies komt ervoor in de plaats.
Veel kinderen en ouders merken niet dat de eerste blijvende kiezen doorbreken. Dit gebeurt meestal al voordat de voortanden wisselen. Ze breken achter de laatste melkkies door. Hierdoor liggen ze een beetje verscholen. De verzorging van deze kiezen is erg belangrijk. Het glazuur van de pas doorgebroken kies is nog erg poreus en kwetsbaar. Poets de puntjes van de nieuwe kiezen meteen mee zodra ze zijn doorgekomen.
Rond het 12e jaar breken, achter de eerste blijvende kiezen, opnieuw blijvende kiezen door. Ook die zijn net na het doorbreken extra gevoelig voor het krijgen van gaatjes. De verstandskiezen zijn de laatste kiezen die doorbreken. Sommige mensen krijgen geen verstandskiezen.
Als nieuwe kiezen doorkomen, zwelt vaak het tandvlees op. Dat is normaal. Het kan pijn doen, maar je hoeft niet ongerust te zijn.
Verschillen tussen het melkgebit en het blijvend gebit
De snijtanden van het blijvend gebit hebben een kartelrand. Melktanden hebben die niet. De kartelrand bestaat uit drie bobbeltjes op het snijvlak. De karteling verdwijnt in de loop van de tijd door natuurlijke slijtage.
Blijvende tanden en kiezen hebben sterker glazuur dan melktanden en -kiezen. Naast de witte melktanden lijken de blijvende voortanden donkerder en/of geler van kleur. Dit is normaal. Poetsen helpt niet om ze lichter van kleur te krijgen.
Afwijkingen in de ontwikkeling van het kindergebit
In sommige gevallen verloopt de ontwikkeling van het gebit afwijkend. Je tandarts of mondhygiënist ziet dat tijdens de periodieke controle. In overleg zal hij maatregelen nemen. De volgende afwijkende ontwikkelingen vragen om een advies van je behandelaar:
- Je kind is bijna acht jaar en wisselt nog niet.
- Er zitten meer dan zes maanden tussen het wisselen van een tand of kies aan de linker en de rechter kaakhelft.
- Er komt een nieuwe tand of kies door, maar de melktand of -kies zit nog steeds vast. De nieuwe tand of kies verschijnt dan voor of achter de melktand of -kies.
- Je zoon of dochter heeft een langere tijd pijn bij het wisselen dan zijn leeftijdgenoten.
Let op: een goede mondhygiëne blijft noodzakelijk, ook als tandenpoetsen pijn doet.
Tijdelijk scheve tanden in het kindergebit
De tanden van het blijvend gebit kunnen enigszins scheef doorbreken. Soms breken veel tanden tegelijk door. Dan lijkt het net alsof er ‘teveel’ tanden en kiezen in dat kleine mondje zijn gekomen. Dat is niet erg, want de kaak groeit nog even door. Dan komt er dus meer ruimte voor het blijvend gebit. Vaak komt het met de stand van de tanden uiteindelijk vanzelf goed.
Verzorging bij het wisselen
Duimzuigen
Veel peuters zuigen op hun duim, speen of vinger. Sommige kinderen persen hun tong bij het slikken tegen het gehemelte en drukken hem tussen de boven- en ondertanden. Duim-, vinger- of speenzuigen en tongpersen beïnvloeden de stand van de tanden. Probeer je kind het zuigen en tongpersen af te leren. Doe dat vóór het doorbreken van de blijvende voortanden. Geef bijvoorbeeld iets in handen of leid je kind overdag af. Of beloon je kind als het een bepaalde tijd is gestopt. Krijg je verkeerde gewoonten niet afgeleerd? Vraag dan je tandarts of mondhygiënist om advies.